Nieuwe remedie voor veteranen met PTSS

Interacties met paarden helpen mensen met ‘therapie-resistente’ posttraumatische stressstoornis

Interacties met paarden verminderen klachten bij veteranen met PTSS, waarvoor reguliere therapie niet of onvoldoende werkt. Dat blijkt uit de tussentijdse resultaten van het Horsepower-onderzoek van de Faculteit Diergeneeskunde van de Universiteit Utrecht, in samenwerking met de Militaire Geestelijke Gezondheidszorg (MGGZ) van Defensie.

Tekst: kapitein Jessica Bode | Foto: Horsepower

Een paard legt z’n hoofd op de schouder van een grote, gespierde man die met z’n rug naar de camera staat.
Paarden kunnen goed spiegelen.
Ze reageren op het gedrag dat de persoon tegenover hen vertoont. Wat je geeft, krijg je terug. 

Voor het promotieonderzoek van Chantal Kapteijn doorlopen 72 veteranen met een posttraumatisch stressstoornis (PTSS) een programma van twaalf weken, waarbij ze onder begeleiding opdrachten met paarden uitvoeren. Van aaien en borstelen tot een halster omdoen, longeren en paardrijden.

“Tijdens die activiteiten observeren we het gedrag van mens en dier, doen we hartslagmetingen en onderzoeken het niveau van het stresshormoon cortisol oxytocine (‘knuffelhormoon’, red.) in het speeksel. Ook halen we veel informatie uit ingevulde vragenlijsten”, verduidelijkt de promovendus het onderzoek aan de Faculteit Diergeneeskunde.

Geen therapie

De interactie met de paarden én het contact met andere deelnemers, lijken een positief effect te hebben op symptomen van PTSS. Bij een groot deel van de deelnemers (actieven en postactieven) namen klachten significant af. Ook na afloop van het programma. En dat terwijl er geen trauma’s worden behandeld en het ‘paardencontact’ vooralsnog ook geen vorm van therapie is. “Ik was in het begin ook best sceptisch”, erkent Kapteijn. “Als mensen al zoveel therapieën hebben gehad, waarom zou dit dan wel helpen? Gelukkig zien we aan ons programma dat de kwaliteit van leven van de deelnemers weer toeneemt.”

Een hoofd van een spierwit paard met daarnaast een vrouw met blond halflang haar die een speekselmonster bij het paard afneemt.
Promovendus Chantal Kapteijn neemt een speekselmonster af. 

Ervaringsdeskundige

Een van de ervaringsdeskundigen is Frans Kurstjens. Onder het mom ‘waarom ook niet’ begon de voormalig geestelijk verzorger tien maanden geleden met Horsepower. “Vanuit Roermond was het telkens ruim driehonderd kilometer rijden naar Stal Groenendaal in Bunschoten, maar het was het waard”, begint de humanistisch raadsman die tussen 2000 en 2012 bij Defensie werkzaam was.

Kurstjens werd verschillende keren uitgezonden, naar Bosnië en twee keer naar Afghanistan (operatie Enduring Freedom en ISAF). Daar kwam hij zogezegd ‘shakie’ van terug. “Ik heb vreselijke dingen gezien. We hebben er flink van langs gekregen. Ook verloor ik twee collega’s door eigen vuur. Pittige dingen die ik in Nederland moeilijk een plek kon geven.”

In de verte staat een man voor het paard, met z’n hoofd tegen het voorhoofd van het paard. En scherp op de voorgrond zien we een kalende man toekijken.
Bij een derde van de PTSS’ers slaat reguliere traumabehandeling niet aan. “Daarom is het belangrijk om onderzoek te doen naar remedies voor mensen die geen hoop meer hebben, zoals de interactie met paarden”, vertelt defensiepsycholoog majoor Martine Hueting. 
Een bak vol paardenbiks.
De deelnemers moeten gedurende het onderzoek van Chantal Kapteijn de dieren verzorgen, zoals voeren met biks. 

Alsof ik een blinde vlek had

Als geestelijk verzorger dacht Kurstjens altijd dat hij geen PTSS zou krijgen. “Ik vertelde anderen immers hoe ze het konden herkennen en wat ze dan moesten doen. Alsof ik een blinde vlek had.” Toch kan hij op den duur zijn werk niet meer doen en komt thuis te zitten.

“Ik was apathisch (gebrek aan emotie, motivatie en enthousiasme; red.) en de focus was compleet verdwenen. Ik kon geen gesprek meer voeren.” Ook kreeg de voormalig luitenant-kolonel last van nachtmerries, waardoor hij weinig sliep. “Ik had nergens meer zin in of interesse voor. Het maakte me allemaal niet meer uit. De levenslust was compleet verdwenen. Ik at wel, maar alleen om iets binnen te krijgen. Ik reageerde wel, maar met korte antwoorden. De wereld werd langzaamaan heel klein.”

Kurstjens werd door de MGGZ opgevangen en volgde verschillende behandelingen. Waarvan één zelfs drie dagen per week, negen maanden lang. “Sommige laagjes van mijn PTSS zijn daarmee verminderd, maar ik werd niet de oude.” Kurstjens kreeg het stempel  ‘uitbehandeld’, maar toen hij via Facebook de oproep voor Horsepower zag meldde hij zich toch aan. “Baat het niet, dan schaadt het niet.”

Een groot paard kijkt recht in de lens van de camera. Naast het paard staat een militair die ‘m aait.
Kapitein Ewout van Dort is namens Defensie betrokken bij het Horsepower 

Kort lontje, verhoogde alertheid

Naar schatting kampt in Nederland zo’n vijf procent van de honderdduizend veteranen met PTSS. “Naast herbelevingen hebben ze vaak klachten als slecht slapen, moeite met sociale contacten en concentreren, kort lontje, verhoogde alertheid of snel angstig zijn. Ook lichamelijke klachten en verslavingsproblematiek komen voor”, somt militair psycholoog majoor Martine Hueting op, namens Defensie betrokken bij het promotieonderzoek. “Ik ben er om de militaire context te schetsen en ik vind het belangrijk dat we voor ons personeel op de hoogte blijven van de ontwikkelingen.”

Wetenschappelijke publicatie

Het onderzoek loopt vanaf 2020 en wordt naar verwachting volgend jaar afgerond. Kapteijn: “Nog twee groepen moeten het programma doorlopen. Later dit jaar gaan we de data analyseren en kunnen we gevalideerde conclusies trekken. We verwachten volgend jaar een aantal wetenschappelijke publicaties af te hebben.”

Een enorme lijdensweg

Bij een derde van de PTSS’ers slaat reguliere traumabehandeling niet aan. Zoals narratieve exposure therapie, beknopte eclectische psychotherapie tot imaginaire exposure en EMDR. Soms in combinatie met medicatie en opnames. “Het is soms een enorme lijdensweg”, verzucht majoor Hueting. “En vaak kan er niets meer aan gedaan worden. Dat is zo frustrerend. Daarom is het belangrijk om onderzoek te doen naar remedies voor mensen die geen hoop meer hebben, zoals de interventie met paarden.”

Een man gaat met de borstel over het glanzende haar van het been van een paard.
“Als ik het paard zonder emotie en wat hardhandig ging borstelen, dan liet het dier dat echt niet toe”, vertelt Kurstjens over zijn ervaringen met de paardeninteractie. Foto ter illustratie. 

Paarden spiegelen

Wat Kurstjens erg hielp, was dat de paarden hem op zijn tekortkomingen wezen. Iets wat bij de deelnemers vaak harder binnenkomt, dan wanneer een therapeut iets zegt. “Paarden voelen de mens feilloos aan, oordelen niet en kunnen goed spiegelen. Ze reageren op het gedrag dat jij vertoont. Wat je geeft, krijg je terug”, verduidelijkt hij. “Als ik contact moest maken en stoïcijns op het paard afliep, dan ging het ervandoor en negeerde me. Of als ik zonder emotie en wat hardhandig ging borstelen, dan liet het dier dat echt niet toe.” Maar als hij er met zijn aandacht bijbleef en oprecht moeite deed, dan accepteerde het paard wel wat Kurstjens verlangde.

Vervolgonderzoek hulphonden

Horsepower komt voort uit project V-power. Gericht op dezelfde doelgroep, maar waarbij wordt gewerkt met honden. “Dat was ook succesvol. Helaas is er voor hulphonden een enorme wachtlijst”, weet GZ-psycholoog Nienke Endenburg, projectleider van V- en Horsepower. “Met paarden kunnen we mogelijk meer mensen sneller helpen, omdat ze geen training nodig hebben. Ook zijn er geen wachtlijsten.”

Al is het paardenproject wel anders ingestoken… “Hulphonden zijn maatjes die je bijvoorbeeld wakker likken bij een nachtmerrie of in een supermarkt tussen jou en een vreemde gaan staan. Met paarden focussen we weer op andere aspecten.”

Een man knuffelt op de bank zijn hulphond terwijl een vrouw toekijkt.
Niet alleen paarden maar ook honden zijn vaak een grote steun voor PTSS-patiënten 

Thuis doorklinken

De ervaringen van de deelnemers werken in de privésfeer vaak door, in de interactie met mensen. Onderzoekster Kapteijn legt uit: “Als de deelnemers het vertrouwen van een paard krijgen, kan dat het een opstapje zijn om ook weer vertrouwen in de mens te krijgen. Daarom proberen we de deelnemers een vertaalslag te laten maken naar het échte leven. We geven de deelnemers handvatten, waarmee ze hun ervaringen uit de sessies in dagelijkse situaties kunnen toepassen.”

Ook Kurstjens merkt na de twaalf weken effect. “Niet al mijn problemen zijn nu ineens de wereld uit, maar ik kan weer veel beter focussen en het leven is zonniger.” Frans merkt dat hij positiever in het leven staat en weer beter met mensen kan praten. “Gesprekken kunnen weer luchtig zijn, bijvoorbeeld met mijn dochter. Voor haar was ik op den duur geen vader meer, omdat ik geen contact kon maken. Nu ik weer over mezelf vertel en oprecht naar haar luister, gaat zij ook weer vertellen en ontstaan er automatisch gesprekken.” Hij heeft zelfs weer werk. Iets waarvan hij dacht dat het voorgoed verleden tijd zou zijn. Zijn carrière bij Defensie heeft hij verruild voor een creatieve dagbesteding aan volwassenen met een geestelijke beperking.

Drie staande portretten van mannen die onherkenbaar in beeld, bij het hoofd van een paard staan.
Horsepower zal niet voor iedereen werken. Kapteijn: “Je moet het zien als een extra stuk gereedschap in de gereedschapskist. Voor de een biedt een hulphond uitkomst, voor de ander een paard.” 

Harde resultaten

Omdat de voormalig humanistisch raadsman ook behoefte had aan ‘harde resultaten’, liet hij voor en na het onderzoek op eigen initiatief scans van zijn hersenactiviteit maken. Dat gebeurde bij een therapeut waar hij eerder al was behandeld vanwege slaapproblemen en nachtmerries. “Na die drie maanden werden significante veranderingen in mijn hersenactiviteit waargenomen, al is dit ook het gevolg van therapieën die ik eerder deed.”

Om ‘dokterstaal’ te omzeilen beschrijft hij het als volgt: “Hersenen geven signalen af en die kun je meten en in kaart brengen. Vóór Horsepower was er een gebied in mijn hersenen ernstig overprikkeld, maar ook een gedeelte ‘onderkoeld’. Daar was amper nog activiteit. Na Horsepower functioneren de gedeelten weer ‘normaal’ en communiceren ook weer met elkaar, zoals het hoort. De resultaten heb ik vanzelfsprekend ook naar Horsepower opgestuurd, die waren er erg blij mee.”

Een militair loopt met een paard door een binnenbak.
Veel deelnemers gaan ook na Horsepower door met de verzorging van een paard. 

Niet voor iedereen

Ondanks de positieve resultaten benadrukt onderzoekster Kapteijn dat haar onderzoek niet voor iedereen zal werken. “Je moet het meer zien als een extra stuk gereedschap in de gereedschapskist. Voor de een biedt een hulphond uitkomst, voor de ander een paard. Wij hebben in ieder geval deelnemers gezien die vooraf stelden dat ze de vreugde in het leven kwijt waren, maar die hier weer het grootste plezier hebben met de dieren. Dat is al pure winst.”

En Kurstjens? Is hij nog steeds met paarden bezig of is het bij Horsepower gebleven? “Ik wil dolgraag met paarden verder, maar ik kreeg een nieuwe heup. Daar moet ik de komende maanden van herstellen. De wens om het daarna weer op te pakken is er absoluut. Misschien sta ik over een jaar wel weer in de bak.”